Ceresamadines

Ceresamadines


De ceresamadine is een populaire Australische prachtvink die al heel lang tot de gedomesticeerde vogels behoort en dus een echte cultuurexoot is. Dit wil zeggen dat we geen import meer nodig hebben om deze soort in de avicultuur in stand te houden, hetgeen uiteraard een goede zaak is.

 


Oorsprong           

De vogels zijn oorspronkelijk afkomstig uit Zuid-Australië waar ze in grasgebieden wonen die met struiken begroeid zijn en waar ze hun ronde nesten in bouwen. Ze volgen ook de mens en ze zijn dan ook te vinden op landbouwgrond en fruitplantages.


Geslachtherkenning

De ceresamadine dankt zijn populariteit aan het feit dat de mannen en de poppen gemakkelijk te herkennen zijn. Het popje heeft geen keelvlek, het petje is kleiner en de streeptekening is niet zo contrasterend.


Wonen en voeding

Het is ook een vogel die in een gemengde volière niet agressief is, hij is tamelijk sterk als men hem in goede omstandigheden huisvest en hij is niet duur. Dit laatste heeft te maken met vraag en aanbod, dit wil dus zeggen dat hij in voldoende aantallen gekweekt wordt. Hij kan gemakkelijk gehouden worden met een goede zadenmengeling en af en toe wat trosgierst. 


De Kweek

Om de vogel in goede conditie te houden en er ook mee te kweken moet er wel aan een aantal voorwaarden voldaan worden. Hij komt uit een warme streek van Australië en niettegenstaande hij al jaren in Europa gekweekt wordt houdt hij van de warmte en moet gehouden worden aan een temperatuur van 15°C of meer. Het zijn dus geen vogels die buiten kunnen overwinteren.

In een broedkooi kunnen we voor hen de ideale omstandigheden creëren zowel van temperatuur, als van luchtvochtigheid als van verlichting.


In de zomer zijn ze ook in een volière te houden en te kweken, maar deze rustige vogels laten zich gemakkelijk verstoren door grotere of meer agressieve vogels. De beste resultaten behaald men wanneer men een zestal onverwante vogels kan aanschaffen om ze zelf hun partner te laten kiezen. De aldus gevormde koppels kunnen dan per paar in kweekkooien geplaatst worden en vrij snel zullen ze beginnen te nestelen. Geef de vogels een halfopen nestkast of een grote tralinestkast. Geef ze cocosvezels om de nesten mee te maken en als afwerking een mengsel van hennep-sisal-paardenhaar.


Ze leggen meestal 5 eitjes die door beide vogels bebroed worden. Soms laten niet harmoniërende koppels de eieren of de jongen in de steek. Meestal is het nutteloos om te proberen met deze vogels een tweede ronde te kweken want het resultaat zal hetzelfde zijn. Men moet trachten een andere partner te zoeken die wel aanvaard wordt.


Sommige koppels zijn wel gevoelig voor nestcontrole en laten door een al te nieuwsgierige kweker de eieren in de steek. Een echte liefhebber zal proberen om natuurbroed te kweken en zal slecht in geval van nood beroep doen op pleegouders. Bij een goede verzorging kan men per seizoen per koppel 10 jongen op stok krijgen,als men met een paar koppels kweekt zullen er zeker goede exemplaren tussen zitten.


De ceressen krijgen in de kweekperiode allemaal hetzelfde opfokvoer namelijk eivoer. Ook buffalowormpjes staan graag op hun menu.


Tentoonstelling

Ceresamadinen zijn rustige vogels voor de tentoonstelling. Zoals bij alle tekeningvogels vallen de fouten vlug op. Ze moeten een contrastrijke en symmetrische tekening hebben. Bij verlies van een paar veertjes wordt de fout vlug opgemerkt. Sommige vogels zijn ook te slank en tonen daardoor te lang, hetgeen ook foutief is. Een ceres mag niet de vorm hebben van een diamantvink maar mag anderzijds ook niet te mager te zijn.