Gouden regels voor de kanariekweker

20 gouden regels voor kanariekweker

1. Ent de kanaries op tijd.


2. Kweek alleen met gezonde vogels.


3. Gebruik alleen vogels van minimaal 9 maanden oud.


4. Zorg voor goede en gevarieerde zaadmengeling. Alleen het beste komt de vogels ten goede. leer ze op tijd eivoer eten.


5. Onkruidzaden zijn een zegen voor de vogels.


6. Zorg ervoor dat de zitstokken en de nesten goed vastzitten.


7. Houdt de kooien vrij van ongedierte zoals: mijten, luizen en muizen.


8. Geloof niet in wondermiddeltjes.


9. Wat er niet mag ontbreken bij een kweker: RopaBird Digestive Liquid tegen darmstoornissen en Coccidiosis, Vitamines , Terra Cortil ( oogzalf), Ringzalf = Vaseline, ontsmettingsmiddelen (chloor, Dettol, etc.), middelen tegen bloedluis en mijten.


10. Maak van een goede kweekvogel geen legkip!


11. Een goed hok is goed verlicht, droog en heeft een goede verluchting.


12. Vogelgrit, sepia en maagkiezel fijn zijn onmisbaar voor de vogels.


13. Nagels van de vogels mogen niet te lang zijn, optijd knippen met een nagelschaar.


14. Laat broedende vogels zoveel mogelijk met rust.


15. Blijf altijd sportief, ook al behaal je geen prijzen. Zie het als een leermoment.


16. Geef de vogels elke dag vers drinkwater.


17. Gebruik altijd geanodiseerde ringen.


18. Houdt het bij 2 à 3 broedrondes.


19. Besproei de vogels met water voor de tentoonstelling, dit bevordert de glans.


20. Zorg altijd goed voor de vogels want jij bent verantwoordelijk voor hun welzijn.